Dansstijlwaaier

Dit is mijn dansstijlwaaier met daarop 15 verschillende dansstijlen. Over elke dansstijl staat een stukje tekst wat het inhoud en op wat voor muziek het gaat. Ook heb ik bij elke dansstijl een plaatje toegevoegd zodat je een beetje kan zien hoe het eruit ziet.

 

1. Salsa dans: Salsa is een verzamelnaam voor diverse soorten dansen. Salsa is het uitwisselen van energie, verbinden, plezier maken, ontladen en loslaten ook ga je even helemaal uit je dak op de muziek.

2. Freestyle: Bij freestyle gaat het om improvisatie, nieuwe dansbewegingen creëren en je eigen dansstijl ontwikkelen .Je leert je lichaam beter kennen en hoe je van iedere normale beweging een beweging van dans kunt maken.

 3. Moderne dans: Moderne dans is moeilijk te benoemen omdat er geen vaste bewegingen zijn. Het is een verzamelnaam voor verschillende danstechnieken die individuen zich eigen hebben gemaakt.

4. Jazzdansen: Bij jazzdansen moet je een ritmisch gevoel hebben. Ook is het bewegen van onder andere hoofd, schouders en heupen is een belangrijk onderdeel. Deze dansstijl is op hedendaagse muziek.

5. Stijldansen: Stijldansen is een sport of ontspanning waarin volgens tamelijk strakke regels in paren bij een stijl behorende figuren gedanst worden, op de specifiek daarbij behorende muziek.

6. Zumba: Bij Zumba doe je dansoefeningen op muziek, vergelijkbaar met aerobics. De naam Zumba komt uit het Colombiaans-Spaans wat ‘ snel bewegen en lol hebben’ betekent.

7. Breakdance: Breakdance heeft allerlei bewegingen overgenomen uit andere dansen . De verschillende bewegingen vereisen een flinke lenigheid, kracht, conditie en doorzettingsvermogen.

8. Popping: Door spieren snel aan- en te ontspannen krijg je de dans Popping. De dans voer je uit op het ritme van de muziek en combineer je met verschillende bewegingen en poses.

9. Buikdansen: Bij Buikdansen zijn er verschillende lichaamsdelen die onafhankelijk van elkaar bewegen. De nadruk ligt op de heupen en het bekkengebied: het centrum van de dans.

10. Hakken: Hakken is een dansstijl uit de Nederlandse hardcore en gabber-scène. Bij hakken worden heel snel kleine pasjes genomen op het ritme van de muziek.

11. Klassiek Ballet: Bij klassiek ballet dansen ze op soepele balletschoentjes met verharde neuzen. Ballet is een kunstvorm die veel van je lichaam vraagt. Je werkt aan heel veel dingen tegelijk.

12. Streetdance: Bij streetdance zijn ze vaak gekleed in wijde kleding. De streetdance bewegingen zijn vaak vrij losjes en komen heel luchtig over. Er wordt meestal op heel snelle muziek gedanst.

13. Hip hop: Hiphop is een kruising tussen breakdance en streetdance. Voor hip-hop moet je wel gevoel hebben, je moet het ritme kunnen voelen, kunnen bouncen en flowen.

14. Reggaeton: Een soort Afrikaanse dansstijl die is ontstaan uit de oude slavendansen. De bewegingen zijn heel soepel en worden benadrukt met de heupen, borst en knieën.

15. Paaldansen: Het paaldansen werd bekend in de jaren tachtig toen de dans paal voor het eerst verscheen in Canadese stripclubs. Paaldansen doe je hangend en rondom een verticale paal.

Dit is de achterkant van mijn dansstijllwaaier. Ik heb vier kleuren gebruikt: roze, blauw, groen en paars. Tussen de voorkant en de achterkant zit een stukje karton zodat de waaier goed blijft en niet dat je gaat waaien en dat hij zo slap is dat het niet kan.

 

 

 

 

 

 

 

 

Kunstwerk

Wat is de titel van het werk? Dans

Wat is het voor werk? Het is een schilderij

Wat is de naam van de kunstenaar? Nancy

Wanneer is het gemaakt? Geen datum te vinden, het is te koop

Van welk materiaal is het gemaakt? Het is gemaakt van acrylverf

Wat vind je ervan als je het voor het eerst bekijkt? Ik vind het een mooi schilderij. Het straalt heel mooi de dans uit en je ziet de 2 dansers opgaan in de dans.

Wat stelt het voor? Het stelt voor dat 2 dansers opgaan in de dans.

Wat is er te zien? Je ziet 2 mensen die een dans aan het beoefenen zijn. Ze hebben geen normale kleding aan maar kleding die ze vaak dragen bij deze dans. En je ziet dat het lichaam van de linker veel laat uitstralen over de dans.

Is het werkstuk figuratief-realistisch, Figuratief-geabstraheerd of abstract? Het werk is figuratief-realistisch, want het lijkt wel redelijk echt en figuratief-realistisch lijkt ook echt. Het is geen figuratief-geabstraheerd omdat dat de afbeelding meer is vervormd of vereenvoudigd. En abstract is het ook niet want dan zie je vrij weinig van wat ze doen en hier zie je dat wel duidelijk.

Welk soort licht/schaduw is er te zien? Waaraan zie je dat? Er is eigen schaduw te zien. Dit zie je omdat het geen slag schaduw heeft en ook geen tegenlicht. Het zou wel meelicht kunnen hebben maar dat is het net niet.

Welke soort kleuren zijn er voornamelijk gebruikt? Voornamelijk zijn er primaire kleuren gebruik. Zoals rood en bruin.

Welk kleurcontrast is er toegepast? Licht donker contrast, want de lichamen zijn licht en de achtergrond is donker.

Welke soorten vormen zijn er gebruikt? Gesloten vormen en organische vormen.

Hoe is er in het kunstwerk ruimte weer gegeven? Waaraan zie je dat? Een klein deel is overlapping, namelijk de benen gaat een stukje over elkaar heen. Maar voor het grootste gedeelte is het gewoon een soort afsnijding. Ze staan gewoon een stuk uit elkaar.

Wat voor compositie is er te zien? Centrale compositie

Wat vind je mooi aan het kunstwerk/werkstuk? Ik vind heel mooi de uitdrukking van de dans.

Wat vind je minder goed gelukt? Wat ik minder goed gelukt vind is van de linker persoon de benen. Het zijn wel hele gespierde benen voor een vrouw. En ik vind het een beetje raar dat de rechter persoon de man dus een rok draagt

Kunstwerk 2

 

Wat is de titel van het werk? Dans

Wat is het voor werk? Het is een schilderij

Wat is de naam van de kunstenaar? Doorenbos

Wanneer is het gemaakt? Geen datum te vinden, het is te koop

Van welk materiaal is het gemaakt? Het is gemaakt van olieverf op een doek

Wat vind je ervan als je het voor het eerst bekijkt? Ik vind het een mooi schilderij. Het straalt heel mooi de dans uit en je ziet de 2 dansers opgaan in de dans.

Wat stelt het voor? Het stelt voor dat 2 danseressen aan het dansen zijn met mooie brede rokken.

Wat is er te zien? Je ziet 2 mensen die een dans aan het beoefenen zijn. Ze hebben geen normale kleding aan maar kleding die ze vaak dragen bij deze dans. Voor de rest kan je zien dat het bij een soort show was want ze staan in de spotlights.

Is het werkstuk figuratief-realistisch, Figuratief-geabstraheerd of abstract? Het werk is figuratief-realistisch, want het lijkt wel redelijk echt en figuratief-realistisch lijkt ook echt. Het is geen figuratief-geabstraheerd omdat dat de afbeelding meer is vervormd of vereenvoudigd. En abstract is het ook niet want dan zie je vrij weinig van wat ze doen en hier zie je dat wel duidelijk.

Welk soort licht/schaduw is er te zien? Waaraan zie je dat? Er is slag schaduw. Dit zie je bij de benen van de voorste danseres. En voor de rest is het gewoon eigen schaduw.

Welke soort kleuren zijn er voornamelijk gebruikt? Voornamelijk zijn er primaire kleuren gebruikt.

Welk kleurcontrast is er toegepast? Warm koud contrast, want de warme kleuren (alles gemengd met rood) staan tegenover koude kleuren (alles gemengd met blauw).

Welke soorten vormen zijn er gebruikt? Organische vormen en gesloten vormen.

Hoe is er in het kunstwerk ruimte weer gegeven? Waaraan zie je dat? Een klein deel is overlapping, namelijk de grote rokken gaan over elkaar heen. Maar voor het grootste gedeelte is het gewoon een soort afsnijding. Ze staan gewoon een stuk uit elkaar. Maar het is ook groot in de voorgrond en klein in de achtergrond want de voorste is groter en zie je meer van dan de acterste.

Wat voor compositie is er te zien? Centrale compositie

Wat vind je mooi aan het kunstwerk/werkstuk? Ik vind heel mooi de spotlight en de grote rokken.

Wat vind je minder goed gelukt? Wat ik minder goed gelukt vind is de ruimte om de dansers heen het is een beetje weggelaten en maar wat strepen neer gezet, zo ziet het er in ieder geval uit.

 

Eigen dans beeld

Dit beeld heb ik zelf gemaakt van klei. Het moet een meisje voorstellen met een ballet danshouding.

 

 

 

 

5 Schetsen van danshoudingen

Hierboven zie je 5 schetsen die ik heb gemaakt van verschilende danshoudingen

 

Werkstuk over ballet

 

Ballet

Met ballet moet je jong beginnen, en ook weer jong stoppen.

Want dat hoort erbij. Want als je ouder dan 40 bent, kan je al niet meer zo goed dansen. Dat komt omdat je spieren lang niet meer zo soepel zijn. Er zijn veel verschillende soorten ballet. Bijvoorbeeld klassiek ballet of jazz ballet. Bij ballet gebruik je al je spieren. Sommige mensen noemen ballet een soort therapie, Omdat je als je op ballet gaat, geen last hebt van scheve voeten of een kromme rug. Als je heel goed bent, kun je naar een speciale balletschool.

Dan is er ook gewoon school daar, maar je moet elke dag dansen. Dus naar de rekenles, ga je weer balletten. Als je naar die school wil, moet je eerst auditie doen. Dat is omdat heel veel kinderen wel naar de balletschool willen. Maar er is niet genoeg plaats voor alle mensen die goed kunnen balletten. Daarom wordt er auditie gedaan, en alleen de beste mogen naar de balletschool. Deze kinderen kunnen alleen in het weekend naar hun eigen huis en hun ouders, want ze slapen ook op de balletschool, omdat ze elke dag heel veel moeten oefenen om laten heel goed te kunnen worden.

Modern ballet

De Amerikaanse Isadora Duncan was de eerste balletdanseres op blote voeten. Daarna kwam Martha Graham. Die is nu bekend over de hele wereld door haar ballet op blote voeten. Dit soort ballet wordt modern ballet genoemd. Bij klassiek ballet lijkt het soms, dat de dansers en danseressen vliegen. Ze raken de grond zo min mogelijk aan. Bij modern ballet is dat net andersom. Ze gebruiken de grond juist heel veel. Ze rollen, kruipen en liggen op de grond. Bij modern ballet wordt ook moderne muziek gespeeld.

Ook jazz ballet en beatballet horen bij het moderne ballet.

Klassiek ballet

Een ballerina is een danseres die klassiek ballet doet. Iets wat klassiek is, bestaat al heel lang. Toch vinden mensen het nog steeds mooi. Klassiek ballet bestaat al meer dan 200 jaar. En bij klassiek ballet hoort klassieke muziek. Het is muziek van bijvoorbeeld; Bach, Beethoven of Mozart. Bij klassiek ballet maak je zwierige bewegingen, want dat past bij de muziek. Ze gebruiken vaak klassieke muziek. Bijvoorbeeld als er iets spannends gebeurt in een ballet stuk.

Of als iemand heel verdrietig is. Maar wat voor soort ballet je ook doet, de danszaal ziet er altijd hetzelfde uit. En bij de lessen is ook de kleding hetzelfde. Je draagt dan ook een bandje om je middel. Zo kan je zien of je middel recht is.

Jazz ballet

Sommige meisjes zitten op jazz ballet. Dat is een bijna hetzelfde als gewoon dansen. Alleen je doet meer oefeningen met je lichaam. De meeste meisjes gaan op ballet, omdat het goed is voor je lichaam en omdat het niet te duur is. Maar natuurlijk ook, omdat ze het een leuke sport vinden. Er gaan niet zoveel jongens op deze sport, omdat de meeste mensen vinden, dat het een sport voor meisjes is. Daarom gaan er haast geen jongens op deze sport. Maar eigenlijk is het helemaal geen meisjes sport, omdat jongens net zo goed en mooi kunnen dansen als meisjes. Want de mensen die bij een balletschool werken, zeggen juist dat ze te weinig jongens hebben. Maar de meeste jongens willen niet op ballet. Meestal is dat omdat ze zich dan schamen. Maar sommige jongens willen eigenlijk wel op ballet.

De voorbereidingen

In het begin heeft de choreograaf (een man die een balletstuk bedenkt) een idee wat voor balletstuk hij wil maken. Niemand weet hoe dat eruit zal gaan zien. Zelfs de choreograaf niet. Dan gaan ze bedenken wat de mensen van onze tijd leuk vinden. Ze bedenken ook, of het bijvoorbeeld een stuk voor jongeren wordt, voor volwassenen, speciaal voor kinderen of voor alle leeftijden. Ze maken de meeste balletuitvoeringen voor alle leeftijden, omdat ze dan meer geld verdienen. De choreograaf gaat dan bedenken, wat voor soort stuk het wordt. Als hij een stuk heeft bedacht, gaat hij kijken wie welke rol gaat spelen. Dan zoeken ze samen stukje voor stukje uit welke soorten dansen ze allemaal gaan doen. Dan worden die stukjes en dansjes allemaal aan elkaar geplakt en ontstaat er een ballet uitvoering.

Houdingen en posities

Arm-en-voetposities moeten net zo lang geoefend worden, tot ze vanzalf gaan. De benen moeten gestrekt zijn en de voeten naar buiten gedraaid. De armen begeleiden de bewegingen van het lichaam. We zijn veel verschillende soorten danspassen en houdingen. Hier komen er een paar:

 - Plié Het is een soort kniebuiging. Het woord “plié” komt van het Franse werkwoord “plier.” Dat betekend buigen. Je kunt deze huiding op verschillende manieren uitvoeren. Kleine en grote kniebuigingen. Pliés worden in alle posities uitgevoerd. De knieën blijven recht boven de tenen. Dat is best vermoeiend, want je voeten moeten het hele lichaam dragen.

- Battement Bij deze pas moet je je been uitstrekken. Bij: “battement tendu” wordt het been naar voren, achteren en naar de zijkant gestrekt, tot de punt van de teen de vloer raakt. Bij een: “grand battement” gaat het been zo ver mogelijk omhoog.

- Rond de jambe Hierbij maak je een cirkelvormige beweging met je benen.

- Développé Hierbij moet je één been optrekken. De knie zo hoog mogelijk. Daarna het been heel langzaam naar voren, achteren en opzij strekken.

- Arabesque Bij deze houding moet je op één been staan en het andere naar achter bewegen. Er zijn veel soorten arabesques. Het is één van de belangrijkste houdingen.

- Pirouette Bij deze houding moet je draaien op één been, waarbij de voet op dezelfde plaats blijft. Een ervaren danser kan wel tien keer ronddraaien zonden zit opnieuw af te zetten.

En dan zijn er ook nog heel veel soorten sprongen, zoals: sauté, jeté, petit allegro en grana allegro.

 

De knot

Bij balletlessen mag lang haar nooit en te nimmer los gedragen worden. Want het haar kan bij iemand in het oog komen. En dan kan diegene misschien de hele les niet meer meedoen. En dat zou zonde zijn. Daarom hebben ze de knot bedacht.Ze hebben ook een knot gekozen omdat het dan een mooie rechte lijn is. Dit heb je nodig om een knot te maken:

- Gel

- Haarspelden (groot)

- Elastiekje

- Kam en borstel

- Haarnetje (elastieken rand, dezelfde kleur als het haar.)

 Zo maak je een knot: bespuit het haar en je handen met haarlak, zodat je beter grip op het haar hebt. Als je nog meer grip wilt hebben, gebruik dan nog wat gel. Borstel het haar en maak een hele strakke paardenstaart. Die moet precies in het midden. Maak de paardenstaart met een elastiekje vast. Het is heel belangrijk dat het stak en zonder bobbels is. Doe er nog wat water of gel bij om het haar vochtig te houden. Daarna moet je de staart heel strak draaien. Als je de staart gedraaid hebt tot een mooi rondje, moet je de haarspelden gebruiken om de knot aan de rest van het haar vast te maken. Steek elke haarspeld vanaf de buitenkant naar de binnenkant van de knot. Doe dan het haarnetje om de knot. Blijf draaien totdat het netje strak om de knot zit. Zorg er wel voor dat het netje dezelfde kleur als het haar heeft. Anders zie je dat er een haarnetje zit. Maar nu is het nog een grote knot. En een grote knot kan verschuiven en een platte knot niet. Om de knot wat platter te krijgen moet je eerst de haarspelden weghalen. Het haarnetje zal het haar bij elkaar houden. Maak de knot platter en maak hem weer aan de rest van het haar vast met de spelden. Spuit nu de haarlak over de knot voor extra stevigheid. Maak daarna het haarstukje wat je op moet als je een uitvoering hebt vast op je haar. Als het voor een gewone les is hoeft dat niet.

Kleding

Bij uitvoeringen voor publiek dragen de ballerina’s ook vaak een academique (strak pakje) en een maillot. Als je een maillot aan hebt, kan het publiek je benen goed zien. En dat is belangrijk bij het dansen. Bij een opvoering van een stuk, dragen de ballerina’s soms ook pakjes met veren, hesjes of rokjes. Ballerina’s dragen slappe balletschoentjes of spitzen. Spitzen hebben binnenin de neus een harde punt. Zodat je helemaal op het puntje van je tenen kunt dansen.

Dat is een mooi gezicht. Je mag pas spitzen als je twaalf jaar ben, anders groeien je voeten verkeerd.

Het ontstaan

Ballet is ontstaan in Frankrijk. In de 15e of 16e eeuw. In die tijd waren er geen echte beroepsdansers. De mensen voerden vaak balletstukjes op als er een feest was. Dat bedachten ze zelf en ze voerden het zelf uit. In de 17e eeuw deed er een heel belangrijk persoon mee aan ballet Lodewijk XIV. Dat was de Franse kroonprins in de 17e eeuw. Lodewijk was als jongen al dol op dansen. Hij had zelfs een eigen balletleraar. Toen Lodewijk later koning van Frankrijk werd, besloot hij, dat er een school voor dansers moest komen. Op deze school moesten alle houdingen en bewegingen worden besloten, die een danser(es) moet kunnen. Ze bedachten, dat de danspassen grotendeels op je tenen moesten worden gedanst. Het bekende ‘uitdraaien’ werd daar ook bedacht. (Bij deze houding moeten de tenen naar buiten zijn gedraaid.) Na deze eeuwen zijn de danspassen precies hetzelfde gebleven. Daardoor komt het ook, dat de namen van de balletpassen (posities) overal ter wereld in het Frans zijn. Lodewijk XIV werd ‘Zonnekoning’ genoemd, omdat hij toen hij nog jong was de rol van de god Apollo danste in een stuk van ballet. De stralenkrans op zijn hoofd lijkt op de stralen

Nadelen

Spitzen doen zeer aan je voeten. Als je de spitzen na een lange tijd uit doet, zie je dat je velletjes helemaal los hangen en dat je nagels kapot gaan. De fysiotherapeuten hebben zelfs voorgesteld om de spitzen te verbieden. Maar zonder spitzen lijkt het ballet veel minder mooi. Dus dat hadden ze uit hun hoofd gezet. De fysiotherapeuten hopen dat er iemand iets uitvindt voor het balletdansen, zonder dat je velletjes los gaan hangen en dat je nagels kapot gaan. En sommige balletdanseressen kunnen niet zo goed op hun tenen staan, omdat ze te dik zijn. De meeste mensen willen dan dunner worden. Dan krijgen ze anorexia. Dat is een ziekte dat je jezelf te dik vindt, en dat je van alles gaat doen om magerder te worden, zoals je vinger in je keel steken, nadat je hebt gegeten (dan kots je het dus weer uit.) Vroeger werden er alleen slanke vrouwen aangenomen op de balletschool. Nu wel, alleen ze hebben liever slanke vrouwen. Omdat dikke mensen het moeilijker vinden om op hun tenen te staan.

Maak jouw eigen website met JouwWeb